In de Chinese stad Wuhan, waar het nieuwe coronavirus uitbrak, is een nieuwe besmetting met COVID-19 vastgesteld. Het is het eerste geval in meer dan een maand tijd.
In Wuhan, waar 11 miljoen mensen wonen, werd sinds 3 april geen nieuwe besmetting meer geregistreerd. De National Health Commission maakte vandaag bekend dat er toch weer een nieuwe besmetting is vastgesteld. Het gaat volgens lokale functionarissen om een 89-jarige man die in het district Dongxihu, in het noordwesten van Wuhan, woont.
Wuhan wordt beschouwd als een gebied met een “laag” risico sinds de quarantaine op 8 april werd opgeheven en de activiteiten daar geleidelijk werden hervat. De middelbare scholieren konden woensdag – allemaal met een mondmasker en met in achtneming van strikte hygiënische maatregelen – naar school terugkeren na vier maanden gedwongen vakantie door het virus.
Wereldwijd 4 miljoen besmettingen
De Chinese onderminister voor Gezondheid, Li Ben gaf gisteren toe dat de coronacrisis lacunes in de Chinese gezondheidszorg heeft blootgelegd. “De epidemie heeft duidelijk gemaakt dat China nog lacunes heeft in de preventiesystemen, in de controle van grote epidemies en in zijn volksgezondheidssysteem”, aldus Li.
In totaal maakte het virus meer dan 4.600 doden in China en raakten 83.000 mensen besmet. In de miljoenenstad Wuhan dook het virus eind 2019 voor het eerst op. Wereldwijd heeft de teller de kaap van de 4 miljoen besmettingen overschreden. De Johns Hopkins Universiteit in het Amerikaanse Baltimore heeft ook bekendgemaakt dat er ongeveer 278.000 mensen aan de gevolgen van het nieuwe coronavirus zijn overleden.
Van alle landen zijn de Verenigde Staten het zwaarst getroffen. Daar zijn 1,3 miljoen infecties bekend, ongeveer een derde van het totale aantal. Het dodental is daar ruim 78.000. Europa is het zwaarst getroffen continent met ruim 1,7 miljoen bekende besmettingen en meer dan 155.000 sterfgevallen.
Het bericht Wuhan, bakermat van coronavirus, kent eerste nieuwe besmetting sinds een maand verscheen eerst op Metro.