Nu het goed weer opnieuw in het land is, zijn veel mensen van plan om eindelijk eens te gaan joggen. Maar hoe begin je daaraan en belangrijker, hoe hou je het langer dan één keer vol? Deze tips helpen je hopelijk al wat op weg.
Op zich is gaan joggen niet moeilijk. Gewoon je loopschoenen aantrekken, een parcours kiezen en gaan met die banaan. Maar in de praktijk blijkt de initiële stap groot voor veel mensen en haken ook heel wat wannabe-sporters snel af. Met de onderstaande tips van de Canadese atlete Britt Hern en Nike-coach Inge Boerma uit GQ zou de opstart veel votter moeten verlopen.
Reserveer een tijdstip in je agenda
Iedereen heeft het druk en als er tijd over is, komt er altijd wel een excuus naar boven om op café te gaan. Behandel je loopsessie daarom als een van de afspraken in je agenda. Zo zal je minder snel voor de televisie neerploffen of heel de namiddag lang een dutje doen.
Niet elke training moet moeilijk zijn
Zeker de eerste vijf keer dat je gaat lopen, moet je het niet te uitdagend maken. Maak in groep een paar rondjes in de buurt of werk op een loopbaan enkele rondjes af. Als je al meteen een onhaalbaar doel of te scherpe tijd vooropstelt, werkt dan ontmoedigend.
Stel een concrete uitdaging voorop
Begin je met lopen, ga dan niet gewoon één keer een toertje doen in het park, maar maak een belofte aan jezelf. “Ik ga de komende drie weken twee keer per week drie rondjes in het park lopen.” Veel mensen stoppen al snel met joggen omdat ze er geen plezier uit halen, maar concrete doelstellingen bereiken geeft je wel voldoening.
Zoek een comfortabel tempo
Niet iedereen loopt op het gemak een marathon in 4 uur. Iedereen heeft een eigen tempo en het is belangrijk dat je dat vindt. Een goede startplek is het ‘sociale tempo’. Dat is de snelheid waarbij je loopt, maar tegelijktertijd ook nog met mensen kan praten. Als je van plan bent om bijvoorbeeld 40 minuten te gaan joggen, maar je voelt dat je het niet zal volhouden, aarzel dan niet om even een wandelpauze in te lassen.
Hou je vooruitgang bij
De twee ervaren lopers moedigen mensen aan om een loopapp te gebruiken of om hun afstand, tijd en dus snelheid op te schrijven. Dat mag ook heel gedetailleerd zijn, zoals melden dat alles goed ging tot aan een bepaalde afstand of tijd. Na een maand kan je die gegevens vergelijken en zal je ontdekken dat je vooruitgang hebt geboekt. Veel mensen zijn daardoor verrast en dat geeft hen nieuwe energie.
Binnen of buiten lopen?
Je zal zelf proefondervindelijk moeten vaststellen of je liever op een loopband jogt of in de buitenlucht een parcours afwerkt. Sommige mensen hebben graag een constante snelheid en kiezen daarvoor voor de loopband. Andere hebben dan weer afleiding nodig en stippelen een rondje rond hun woonplaats uit.
Wissel je muziek voldoende af
Heel wat joggers doen dat op het ritme van de muziek in hun oren. Als je muziek gebruikt, zorg er dan voor dat je verschillende afspeellijsten achter de hand hebt. Heb je zin in een ontspannend tochtje, kan je rustgevende liedjes opzetten. Wil je eens lekker doorlopen, dan kan je een uptempo lijst laten knallen.
Neem het tegen elkaar op
Lopen in groep kan heel motiverend werken. Vooral omdat je het onderling tegen elkaar kan opnemen. Je focussen op iemand die net iets sneller loopt dan jij kan je motiveren om een tikkeltje sneller te gaan.
Doe niet wat je niet leuk vindt
Je moet niet zes dagen op zeven gaan lopen om een ‘goede’ jogger te zijn. Je moet enkel doen wat je leuk vindt, niet waartoe je je verplicht voelt. Wil je vooruitgang boeken, is een loopsessie twee of drie keer per week voldoende.
Het bericht Deze negen tips helpen om je om te starten met joggen verscheen eerst op Metro.