Na acht maanden niet op het scherm verschenen te zijn, laat Kobe Ilsen nog eens van zich horen (én zien).
De presentator was lang afwezig in de Vlaamse huiskamers wegens de opnames van het tweede seizoen van ‘Op één’, dat sinds 8 januari elke woensdag om 20u40 uitgezonden wordt.
Die opnames waren ‘dubbel’ voor hem: “Het was een aanslag op mijn sociaal leven. Tegelijk was het heerlijk om zo lang niet op tv te komen.” Dat weet ‘Het Nieuwsblad’. Maar wat gaat de 38-jarige man nadien nog doen? Opnieuw tv-programma’s maken?
“Ik ga sowieso weer radio maken. Wat televisie betreft, is het voorlopig wat onduidelijk. Het zijn onzekere tijden voor de VRT. Ik ga dan ook niet hoog van de toren blazen. Laten we eerst maar eens afwachten welke middelen er komen vanuit de regering. En kijken hoe Op één het doet qua cijfers en reacties”, klinkt het.
“Het zou zonde zijn om dat allemaal weg te besparen”
De toekomst van de openbare omroep baart Kobe duidelijk zorgen. “Als men al zelfs wou besparen op de Zelfmoordlijn… Toch maken we elk jaar programma’s die internationaal worden gerenommeerd. Het zou zonde zijn om dat allemaal weg te besparen. Ik vind dat een sterke Vlaamse openbare omroep nodig is”, besluit hij.
Foto: Instagram / Bron: Nieuwsblad