Nederlands is geen makkelijke taal en het maken van taalfouten kan iedereen overkomen. Helaas liggen sommige spellingsregels verder in het geheugen opgeslagen dan je zou willen. Stamp de volgende meest gemaakte taalfouten in je hoofd, zodat je een tik op de vingers van de ‘taalpolitie’ kunt vermijden.
Dit zijn de taalfouten die ons het leven zuurder maken:
Noemen en heten
Noemen en heten worden vaak als synoniem gebruikt, maar dat klopt niet. Dit is de juiste regel:
‘Noemen’ betekent: een naam geven. Voorbeelden:
- Je mag hem noemen zoals je wilt: Peter of Jeroen.
- Ze hebben hun dochtertje Nadine genoemd.
‘Heten’ betekent: een naam hebben. Voorbeelden:
- Eigenlijk heet hij Jozef.
- Hoe heet de zus van jouw mama?
Opgeslagen of opgeslaan?
“Gelukkig is het bestand opgeslaan.”
Dit is een zin die in Vlaanderen veel wordt gebruikt, maar ‘opgeslaan’ is spreektaal en dus beter niet te gebruiken in je geschreven tekst. Zo vervoeg je het werkwoord ‘opslaan’ op de juiste manier:
- ik sla op, jij slaat op, wij slaan op
- … dat ik opsla, jij opslaat, wij opslaan
- ik sloeg op, wij sloegen op
- … dat ik opsloeg, wij opsloegen
- ik heb opgeslagen
- een opgeslagen document
Als of dan?
“Hij is groter als ik?” Dat is wat we veel horen, maar helaas is dat niet juist. Dit is hoe je het foutloos doet:
Na een vergrotende trap (groter dan, meer dan, beter dan) of na ander, andere of anders schrijf je ‘dan’. Voorbeeld:
- Anders dan mijn broertje hou ik erg van paarden.
- Voedsel wordt soms op een andere plek opgeslagen dan u gewend bent.
- Het is een andere route dan ik eerst dacht.
Na een gelijkheid (net zo, even) schrijf je ‘als’.
- Yassin is even oud als Sarah.
- Irem is net zo oud als Samira.
- Frankrijk is 22 keer zo groot als België.
Moeilijk te onthouden? Maak de zin langer en je hoort wat juist is:
- Jolien is beter dan jij (bent).
- Joram is even slim als ik (ben).
- Hij is groter dan zij (is).
De beruchte dt-fout
Niet alleen in Vlaanderen hebben we nog altijd problemen met de dt-regel, ook in Nederland is dit een struikelblok. VRT-taaladviseur Ruud Hendrickx legt de regel in de volgende video nog eens voor je uit:
U en jij gemixt
Deze fout wordt nog regelmatig gemaakt. Dat is niet gek, want het gebruik van ‘jij’ is best lastig. Dat komt doordat deze vorm in Vlaanderen nauwelijks wordt gebruikt in het dagelijks leven. Het woord ‘jij’ wordt eerder vervangen door ‘ge’ of ‘gij’. Die woorden mixen in een zin vaak weer met het woord ‘u’: ‘Kunt ge mij die doos bezorgen?’ Ja, ik geef het u later.’
Ge en gij schrijven we niet in formele teksten. Als je formeel wil overkomen mix je ‘u’ en ‘jij’ beter niet. Weest consequent en gebruik één van de twee vormen.
Het bericht Dit zijn de meest gemaakte taalfouten in Vlaanderen verscheen eerst op Metro.