Leuven start met het aanleggen van een ‘plantenlaboratorium’ op de stadsbegraafplaats. Dat heeft het stadsbestuur vrijdag bekendgemaakt. Bedoeling is om te onderzoeken welke boom- en plantensoorten het best zullen gedijen in het veranderende klimaat. Na drie jaar volgen de eerste conclusies.
“We willen de begraafplaats nog verder vergroenen, en gaan daarmee heel ver”, zegt schepen van begraafplaatsen Bieke Verlinden (Vooruit). “We willen zowel de natuurwaarde en de biodiversiteit van deze bijzondere plaatsen vergroten als hen beter bestand maken tegen de klimaatverandering.”
Inheems en uitheems
Daarom begint de stad met een plantenlaboratorium op de stadsbegraafplaats, aangestuurd door de landschapsarchitect van de begraafplaatsen. Een 60-tal boomsoorten zal er getest worden op hun droogte- en hitteresistentie. Het gaat om zowel inheemse als uitheemse, zuiderse soorten. Van elke soort worden een of twee exemplaren geplant. Er wordt daarnaast ook een bloemenweide geplant op de begraafplaats.
Biodiversiteit
“We volgen alle soorten intensief op om te kijken welke het goed doen binnen de heersende omstandigheden, en welke we beter niet behouden. Daarbij geven we veel aandacht aan het beschermen van de biodiversiteit, zodat inheemse soorten niet verdrongen worden”, zegt Verlinden.
Na drie jaar zal de stad eerste conclusies trekken. Het bestuur wil daarmee ook andere steden of gemeenten inspireren en zijn kennis delen.
Het bericht BIZAR. Leuven experimenteert met ‘laboratorium’ op stadsbegraafplaats verscheen eerst op Metro.
