Kohei Jinno beleefde in 2013 een onfortuinlijke déjà vu: de Japanner werd voor de tweede keer in zijn leven uit zijn gezinswoning gezet, die moest wijken voor de bouw van een olympisch stadion. Daar moet toch wel een royale compensatie tegenover staan, zou je denken. Welnee: de overheid gaf Jinno een aalmoes: «Ze hielden gewoon geen rekening met ons.»
Het internationaal persbureau Reuters gaf onlangs ruchtbaarheid aan het wraakroepende lot van Kohei Jinno. De man werd een eerste keer uit zijn familiehuis gezet in de jaren vijftig. Zijn woonst moest toen wijken voor de bouw van het nationaal stadion voor de Olympische Spelen van 1964 in Tokio. Toen was hij nog «droevig maar fier» om op die manier bij te dragen aan de nationale triomf van Japan, dat zich met de Spelen op de wereldkaart zette.
In 2013 kreeg hij op 80-jarige leeftijd opnieuw een onteigeningsbevel. De man woonde op dat punt meer dan een halve eeuw samen met zijn vrouw in de hechte sociale woonwijk van Kasumigaoka, waarvan een deel moest sneuvelen om een nieuw stadion uit de grond te stampen voor de Olympische Spelen van 2020. Hij werd samen met zo’n 200 gezinnen, vooral ouderen, verdreven uit zijn woonst. «Het was zo hard om mijn huis opnieuw te moeten verlaten», aldus de nu 87-jarige Jinno. «Ik heb er het langst gewoond in mijn leven.»
«Je moet oprotten»
Een gruwelijke speling van het lot, dat nog wranger werd door de onverschilligheid die de overheid aan de dag legde. «Ze hielden gewoon geen rekening met ons en stelden ons voor voldongen feiten: ‘We houden hier Olympische Spelen, dus je moet oprotten’. Daar kwam het op neer.»
Jinno en zijn vrouw verhuisden in 2016 naar een andere sociale woonblok, maar hun oude, vertrouwde gemeenschap was voorgoed verscheurd. Zijn vrouw kwam de klap nooit meer te boven. Ze voelde zich eenzaam en depressief, aldus Jinno, en stierf in 2018.
Schamele vergoeding
«Ik had graag wat meer begrip gezien van de overheid», aldus Jinno aan Reuters. «Ter compensatie kregen we 170.000 yen (1.291 euro). Wat kan je met zo’n bedrag aanvangen? Ik moest lachen. Mijn verhuis had me 1 miljoen yen (7.600 euro) gekost.» Volgens een stadsambtenaar van Tokio is 170.000 yen de standaardvergoedering bij onteigening.
Tegenwoordig bezoekt Jinno zijn oude wijk om de zoveel maanden. Hij aanschouwt er de kraaknette betonnen structuren, het kleine parkje en de poserende bezoekers. Hij mijmert er over vroeger, maar ondanks de impact die de Spelen gehad hebben op zijn leven, koestert hij geen wrok: hij hoopt dat ze zullen slagen. Hij is te oud om te strijden, om kwaad te zijn, en heeft zich berust in zijn lot: «Ik voel me nostalgisch als ik naar de bomenrijen langs de straat kijk, die intact gebleven zijn. Tegelijk maakt een verdrietig, eenzaam gevoel zich meester van me.»
Dit artikel verscheen eerst op Metro: https://nl.metrotime.be/nieuws/bizar-japanner-tweede-keer-onteigend-voor-bouw-olympisch-stadion-moest-lachen-met-compensatie-video