Sinds oktober zijn we opnieuw volop aan het telewerken. Nu we al het thuiswerken min of meer gewoon zijn, zijn er ook nieuwe gewoontes in onze dagelijkse routine geslopen. En bij nieuwe gewoontes, hoort ook nieuwe woordenschat. Daarom heeft The Guardian de belangrijkste nieuwe telewerkwoorden opgelijst, zodat we onze corona-ervaring nog beter kunnen benoemen. Ontdek hier de beste nieuwe telewerklingo: zoombie, RTO en polywerken.
1. Zoombie
Zoombie is een samentrekking van het onlinemeetingprogramma Zoom en ‘zombie’, een halfdode. En dat is exact naar wat het verwijst: iemand die halfdood met een gefrituurd brein in een online meeting zit. Wanneer je meerdere meetings per dag hebt gehad, ken je het gevoel sowieso: na een goed uur online vergaderen hoor je amper nog wat er gezegd wordt en voelt het alsof alles wat rondom je gebeurt één grote waas is. Het grote nadeel van thuiswerk is tenslotte dat vergaderingen plots een pak meer uitputtend geworden zijn: er zijn minder pauzes, de communicatie verloopt mechanischer en de overrompelende stress wordt niet meer gecompenseerd door contact met toffe collega’s. Kortom: te veel online meetings zorgen ervoor dat je levenslust verdwijnt en dat je transformeert in een zoombie.
In een zin: «Caroline van de boekhouding zag er weer uit als een zoombie op onze wekelijkse strategische meeting. Die zal wel al wat meetings achter de rug gehad hebben.»
2. Polywerken
Iedereen kent intussen het grootste voordeel van telewerken: je bespaart er veel tijd mee. Je verliest geen tijd meer door eindeloos woon-werkverkeer of je kan efficiënter werken op je eentje thuis. De een vulde al die gewonnen tijd in door te breien of extra te netflixen, terwijl de ander het ambitieuzer aanpakte en ging polywerken. Polywerken is een samenstelling tussen ‘poly’, wat ‘meer’ betekent, en ‘werk’. Wie polywerkt ging twee of meer (!) jobs combineren sinds het begin van het thuiswerk. Denk bijvoorbeeld aan iemand die fulltime werkt als bediende, maar ook een online winkel begon uit te baten.
In een zin: «Sinds oktober polywerk ik weer. ’s Ochtends werk ik in de bakker en vanaf de middag bedenk ik de socialemediastrategie voor onze gemeente.»
3. RTO
Het acroniem ‘RTO’ verwijst naar waar we stiekem toch een beetje naar uitkijken: de Return To Office, ofwel de terugkeer naar kantoor. RTO verwijst naar het moment waarop we stilaan kunnen terugkeren naar kantoor.
In een zin: «De CEO denkt na over hoe de RTO het best georganiseerd kan worden.»
