In het eerste kwartaal van 2022 heeft de Belgische werkgelegenheidsgraad een recordhoogte bereikt. Van de Belgen tussen 20 en 65 jaar oud was toen 71,9% aan het werk. Maar wie een hoger diploma op zak heeft, heeft een flink streepje voor. Bij hooggeschoolden is de werkgelegenheidsgraad met 82,5% namelijk het hoogst. De kloof met laaggeschoolden, van wie 45,2% van de 20- tot 64-jarigen aan het werk was in het eerste kwartaal, is dus groot. Dat blijkt uit cijfers van Statbel, op basis van de Enquête naar de Arbeidskrachten (EAK).
Hoogopgeleiden doen het over het algemeen goed op de arbeidsmarkt. Met 2,7% ligt de IAB-werkloosheidsgraad, van Belgen tussen 15 en 65 jaar oud, bij de hooggeschoolde beroepsbevolking het laagst. Als pas afgestudeerde bachelor of master is de kans dus groot dat je meteen ergens aan de slag kunt.
Snel een nieuwe job
En als je eerste job uiteindelijk toch niets voor jou blijkt te zijn, is de kans groot dat je als hoogopgeleide snel een nieuwe job vindt. Van de werkloze hoogopgeleiden is na één jaar 56,4% terug aan de slag, tegenover 17,1% laagopgeleiden. Bovendien zijn het vooral hooggeschoolden die een tweede job hebben: binnen de hooggeschoolde beroepsbevolking heeft 6,6% meer dan één job.
Positieve evolutie
voor iedereen
Maar zelfs voor wie geen hoger diploma heeft zijn de vooruitzichten rooskleurig, want de werkgelegenheidsgraad en de werkloosheidsgraad gaan er overal op vooruit. «Tussen het eerste kwartaal van 2021 en het eerste kwartaal van 2022 evolueren zowel de werkgelegenheidsgraad als de werkloosheidsgraad gunstig bij zowel vrouwen al mannen, binnen alle leeftijdsgroepen, in de drie regio’s en voor gelijk welk onderwijsniveau», vat Statbel samen.